Vorig jaar voerde Friends of the Earth actie tegen ‘natuurlijke’ vanilline gemaakt door genetisch gemodificeerde gisten, onder de titel ‘Extreme Genetic Engineering in Your Ice Cream?’ De organisatie kreeg toezeggingen van grote ijsproducenten als Häagen Dasz dat zij dit product niet zouden gebruiken, maar zouden blijven bij het gebruik van vanilline gewonnen uit de vanilleorchis. Maar het gaat om veel meer dan ijs. Dit zou de manier waarop wij onze voedingsmiddelen maken, op zijn kop kunnen zetten – of niet, als ethische vraagstukken en de mening van het publiek in de weg zouden staan.
Dit is het tweede artikel in een serie over het oordeel van consumenten over het gebruik van biotechnologie in de voedingsindustrie. De artikelen verschenen op 18 februari, 2 maart, 3 maart, 10 maart, 15 maart en 27 maart.
De wereldmarkt van vanilline
Waar gaat het om? De wereldmarkt van vanilline wordt voor 90% bepaald door vanilline uit chemische processen, uitgaande van guiacol (uit aardolie) of lignine (uit hout). Dit heeft een zuiverheid van 99,9% en is al 50 jaar op de markt. In voedsel wordt elk jaar zo’n 20.000 ton verwerkt; de marktprijs van het product is € 10-15/kg. Natuurlijke vanilline (jaarproductie ca. 2.000 ton) wordt uitsluitend gebruikt in topproducten (zoals duur consumptie-ijs en recepten in de haute cuisine). Het wordt gewonnen uit de vruchten van de vanilleorchis die groeit in het tropische regenwoud van Madagaskar, Mexico en Zuidoost Azië. Natuurlijke vanilline is een mengsel van nauw verwante stoffen, met vanilline als het belangrijkste bestanddeel (80% of meer). De prijs wisselt sterk, tussen € 700 en € 2.000/kg voor het complexe natuurproduct.
‘Natuurlijk’ of ‘gemaakt met extreme genetische manipulatie’?
Kort geleden begon het Zwitserse bedrijf Evolva zuivere vanilline te maken door fermentatie van suikers, met gebruik van genetisch gemodificeerde virussen. Het product is chemisch zuivere vanilline, vergelijkbaar met de synthetische vanilline die nu op de markt is, en daarom niet gelijkwaardig aan het natuurlijke vanillinemengsel. Let wel: er komen in het product geen gemodificeerde organismen terecht, of delen daarvan. De gemodificeerde organismen zijn slechts de ‘werkpaarden’. Het principe van het proces is geheel te vergelijken met het industriële productieproces van antibiotica als penicillines of cefalosporines. Evolva vroeg om toestemming om het product ‘natuurlijk’ te noemen, met als argument dat het voortkwam uit het natuurlijke proces van vergisting (fermentatie). Ze hebben daarbij vast gedacht aan het eeuwenoude proces waarbij gisten worden gebruikt om alcohol te maken uit suiker. En ze kregen die toestemming.
Maar Friends of the Earth, een internationale maatschappelijke organisatie die zich toelegt op duurzaamheid (de Nederlandse vertegenwoordiger is Milieudefensie), vindt dat deze vanilline wordt gemaakt met ‘extreme genetische manipulatie’, waarmee ze synthetische biologie bedoelen. In de synthetische biologie maken onderzoekers synthetisch DNA of gemodificeerd DNA uit andere organismen, planten of zelfs dieren, dat zij inbrengen in snelgroeiende organismen om deze het gewenste product te laten maken. Friends of the Earth verzet zich al lang tegen genetische manipulatie en vindt dat menselijk voedsel dat met behulp hiervan wordt gemaakt, niet mag worden toegestaan. Ook uitgedaagd natuurlijk door de toestemming om de zo gemaakte vanilline ‘natuurlijk’ te mogen noemen.
Synthetische biologie en kleine boeren in ontwikkelingslanden
De belangrijkste argumenten van Friends of the Earth tegen het nieuwe ‘natuurlijke’ vanilline zijn:
– de productie met behulp van synthetische biologie;
– het feit dat het zo gemaakte product niet hoeft te worden getest op gezondheidseffecten;
– dan het ‘natuurlijk’ noemen van het product;
– en de economische gevolgen voor boeren die natuurlijke vanille oogsten, en hun bijdrage aan het in stand houden van het regenwoud.
In hun ogen: de eerste slachtoffers van biotechnologisch gemaakte voedingsstoffen van bedrijven als Evolva zijn de hoogwaardige zeldzame producten van kleine boeren in tropische landen. Maar dit argument snijdt niet echt hout, gegeven het feit dat 90% van de vanilline nu chemisch wordt gemaakt (zonder schade aan kleine boeren of tropische bossen), en bovendien natuurlijke vanilline een nicheproduct is. Het is dan ook niet verrassend dat Evolva zegt dat het wil concurreren met de 90% goedkope synthetische vanilline op de markt. Dan zouden kleine boeren uit ontwikkelingslanden niet worden geschaad.
Tot nu toe gaat het probleem vooral over het gebruik van het woord ‘natuurlijk’. In het artikel dat wij morgen plaatsen, zullen we wat gevolgen daarvan zien.