Stapje voor stapje komt de circulaire en biobased economy dichterbij. Elk jaar komen er weer nieuwe toepassingen van groene grondstoffen op de markt. De industrie werkt toe naar gebruik van de hele oogst, onder andere door betere benutting van wat vroeger afval heette. Vezels spelen hierin een belangrijke rol, zegt Michiel Adriaanse van het Kenniscentrum Papier en Karton (KCPK).
Lokale grondstoffen
De industrie ziet de waarde van lokale grondstoffen steeds meer in. Stengels van de tomatenplant vormen een bekend voorbeeld. In kassen leven tomatenplanten ca. één jaar; daarna moeten ze worden vervangen. De traditionele manier van verwerking is compostering, waarbij de tuinbouwers moeten betalen voor verwijdering en verwerking. Dat geld kunnen ze in hun zak houden als ze de hele oogst verwerken. Schut Papier verwerkt de stengels tot karaktervol offsetpapier, en Solidus Solutions maakt er tomatenbakjes van. De meest succesvolle strategie is, de bakjes te gebruiken voor in de supermarkt: klanten waarderen het groene en duurzame karakter, terwijl deze verpakking in de B2B markt weinig meerwaarde heeft. Hetzelfde effect zien wij bij de verpakking van eieren. Huhtamaki maakt tegenwoordig eierdoosjes voor de B2C markt voor 50% uit grasvezel. Het succes overtreft alle verwachtingen, momenteel kan de fabriek niet eens aan de vraag voldoen. Gras is een interessante lokale grondstof. Veel gras wordt gecomposteerd – waarom geen hoogwaardiger toepassing voor de vezels zoeken zoals in verpakkingsmateriaal?
Een andere benutting van lokale grondstoffen vinden we in Zeeland, waar een gemeente miscanthus heeft geplant op tijdelijk braakliggend terrein. Er zijn vele initiatieven met miscanthus (olifantsgras); het gewas groeit ongelooflijk snel, op elke ondergrond, vrijwel zonder onderhoud. Een landbouwer heeft bijvoorbeeld miscanthus geplant waarvan Van Houtum hygiënepapier maakt. Eerder schreven wij al over de bijzondere eigenschappen van de hennepvezel: zó sterk dat hennep een zeer goede vervanging kan zijn voor katoen in bankbiljetten.
Hele oogst
Betere recycling draagt nog eens extra bij aan het benutten van de hele oogst. Een bekend probleem vormt het recyclen van laminaatverpakkingen (door iedereen ‘drankpakken’ genoemd), die bestaan uit lagen papier en plastic, soms ook aluminium, op elkaar. Bij verwerking van oud papier komt een groot deel hiervan terecht in een reststroom, de zogenoemde rejecten. Tegenwoordig kan de industrie deze steeds beter verwerken. Smurfit Kappa Roermond Papier haalt metalen en vocht eruit en levert de rest aan energiecentrales. ESKA in Hoogezand gebruikt technologie van Leroux & Lotz om rejecten te vergassen. Alucha ontwikkelde een proces voor recycling van rejecten en papierslib gebaseerd op de pyrolysetechnologie van Universiteit Twente. Pyrolyse wordt hier niet gebruikt om een brandstof te maken, maar als scheidingstechnologie. Bij een zeer precieze temperatuur wordt de organische component (plastic bij laminaat, vezels bij papierslib) in olie omgezet. De anorganische component (resp. metalen en vulstoffen) kan dan voor hergebruik worden afgescheiden. Minerale vulstof (meest carbonaat) kan worden hergebruikt in de papierindustrie zelf (100% circulair) of gebruikt in de bouw. Alucha past het laminaatproces toe in Barcelona, het slibproces is nog in een pilot.
In de papierindustrie wordt ook steeds meer waarde uit afvalwater gehaald. Paques heeft al enige tijd een proces op de markt waarmee biomethaan wordt gemaakt uit proceswater van de papier- en kartonindustrie; hierdoor is 8-10% minder aardgas nodig. Een aantal Nederlandse bedrijven (waaronder Paques en Opure) werkt aan de productie van biokunststof PHA uit proceswater. En de Nereda zuiveringstechniek van Royal Haskoning produceert alginaat uit proceswater. Alginaat wordt in de papier- en kartonindustrie toegepast als vochtbarrière en als vochtvanger.
En de technologie zorgt voor steeds nieuwe mogelijkheden om de hele oogst te benutten. Er komen bijvoorbeeld steeds meer technologieën op de markt om (cellulose)vezels op te waarderen tot microcellulose. Toepassing daarvan heeft een enorme potentie (waaronder in papier) maar vergt nog veel ontwikkelwerk. De circulaire en biobased economy komt steeds dichterbij!