Geopolitiek van fosfaat in een biobased economy

Geleidelijk zal de invloed van minerale, fossiele en agrarische hulpbronnen als geopolitieke wapens verminderen, zo concludeerden wij in drie artikelen. Het vervangen van kritische materialen en de ontwikkeling van nieuwe technologieën spelen hierbij een sleutelrol. Maar de geopolitiek van fosfaat zou een uitzondering kunnen vormen. Er is namelijk geen alternatief voor fosfaat als hulpmiddel bij de landbouw. Daarom is het mineraal ook essentieel voor een biobased economy. Anderzijds: met slimme recycling zouden we fosfaat steeds weer opnieuw kunnen gebruiken.

Dit is het vierde in een serie van vijf artikelen over de geopolitiek van fossiele, minerale en agrarische grondstoffen. De artikelen werden gepubliceerd op 28 oktober, 4 november, 16 november, 26 november en 20 december 2017.

geopolitiek van fosfaat
Een voortdurende toevoer van fosfaat is essentieel voor de landbouw. Foto: Wkimedia Commons.

Fosfor is een essentieel element bij levensprocessen. Het zit in ons DNA, het is een bestanddeel van botten, en het is onvervangbaar bij de energieoverdracht in levende cellen. Dieren krijgen hun fosfor binnen door planten te eten, terwijl planten fosfor opnemen in de vorm van fosfaat uit bodem of water; fosfaat is ook de belangrijkste bron van fosfor. Alle bodems, rivieren, meren en oceanen bevatten een zekere hoeveelheid fosfaat, genoeg om leven mogelijk te maken. Maar in de praktijk van de landbouw is een constante toevoer van fosfaat noodzakelijk. Fosfaat kan niet worden gesynthetiseerd uit ruim beschikbare elementen als stikstof en zuurstof, anders dan nitraat, dat andere belangrijke bestanddeel van kunstmest. Het moet worden hergebruikt (bijvoorbeeld uit mest), of gewonnen worden uit fosfaatrots. Voor de moderne landbouw is steeds meer fosfaat nodig; en omdat er maar weinig wordt gerecycled, gebruikt de wereld enorme hoeveelheden fosfaaterts. Dit geeft een geopolitieke voorsprong aan landen met grote hoeveelheden erts.

En de volgende wereldmacht is… Marokko

90% van al het hoogwaardige fosfaaterts ligt in slechts vijf landen. De drie meest belangrijke zijn Marokko, China en de VS, in die volgorde. Verreweg de grootste voorkomens vinden we in de zeer dunbevolkte voormalige Spaanse Sahara. Daar voerde het Polisario front een bevrijdingsoorlog tegen de Spanjaarden, tot het gebied in 1976 werd bezet door Marokko. En hoewel de VN zich sinds die tijd steeds heeft verzet tegen deze bezetting, is het machteloos gebleken in dit conflict; en daarom zal Marokko nooit dit gebied met al zijn rijkdommen opgeven. Fosfaat gaat de komende decennia belangrijker worden, en we zullen dus ook de positie van Marokko in de internationale machtsverhoudingen belangrijker zien worden. De geopolitiek van fosfaat is al eens uitgespeeld in 2008-2009, toen de prijzen van alle mineralen de pan uitvlogen en er algemeen gevreesd werd voor tekorten. In 2008 stelde China een uitvoerheffing van 135% in om de binnenlandse vraag te kunnen blijven dekken, waardoor de export vrijwel van het ene moment op het andere kwam stil te liggen, en in 2009 gingen de VS en de EU al naar de WTO met de klacht dat China oneerlijke concurrentie bedreef.

Fosfaatwinning
Winning van fosfaat dagbouw, Togo. Foto: Wikimedia Commons.

De geopolitiek van fosfaat strekt zich zelfs uit tot de feiten, d.w.z. tot cijfers over bewezen en verwachte reserves. In hetzelfde jaar waarin China zijn exporttarief instelde, verlaagde het zijn schatting van bewezen reserves met 3.000 miljoen ton, niet gering op een wereldtotaal van 16.000 miljoen ton. Maar in 2011verhoogde Marokko zijn cijfer voor bewezen reserves juist, van 5.700 miljoen ton naar 51.000 miljoen ton, waardoor de wereldvoorraad in één klap viermaal zo groot werd, samen 65.000 miljoen ton. Onderzoekers hebben gerede twijfel om aan te nemen dat dit niet klopt. De herziene Marokkaanse cijfers berusten bijvoorbeeld op een andere classificatie van reserves dan de gebruikelijke, waarbij ‘bewezen reserves’ verwijzen naar de hoeveelheid erts die naar verwachting winbaar is bij de bestaande marktprijzen. Hoogstwaarschijnlijk heeft Marokko hierbij gewoon reserves opgeteld die ‘waarschijnlijke’ of zelfs ‘mogelijke’ reserves zouden moeten worden genoemd. In feite hebben alle landen hun eigen systeem van rapportage over hun reserves. Er is geen internationaal erkend orgaan dat toezicht houdt op de schattingen van de diverse categorieën reserves, waardoor de hoeveelheid winbaar fosfaaterts met ongewoon veel onzekerheid is omgeven.

Wereldproductie van fosfaatrots geopolitiek van fosfaat
Wereldproductie van fosfaatrots, 1900-2012, volgens US Geological Survey.

Naar ‘peak phosphate’

Ongetwijfeld gaat de winning van fosfaat de Hubbert curve volgen, zoals bij alle mineralen. Volgens M. King Hubbert zal de winning van elk eindig voorkomen in de aardkorst een piek bereiken wanneer ongeveer 50% is gewonnen, en dan dalen, hoeveel inspanning men zich ook getroost om armere ertsen te winnen. Deze theorie is bewezen voor individuele aardolievelden, en is ook toegepast op de winning van aardolie in de VS en op de wereld als geheel (‘peak oil’). Hieruit volgt dat er ook een ‘peak phosphate’ zal komen, maar er is heel veel meningsverschil over de vraag wannéér dan. In haar gezaghebbend proefschrift legt Dana Cordell dit moment voor 2035, maar ze zegt er direct bij dat deze tijdlijn wordt aangevochten ‘zowel door de industrie, die dit veel te pessimistisch vindt, als door sommige peak oil onderzoekers die menen dat de piek al plaats heeft gevonden in 1989, reden waarom het plaatsen van de piek in 2030-2035 te behoudend is.’ Peak phosphate wil zeggen dat hierná de vraag groter zal zijn dan het aanbod; de geopolitiek van fosfaat zou rond de piek daarom aanzienlijk intensiever worden. Maar we moeten daarbij opmerken dat zulke ‘piekmomenten’ vaak later vallen dan eerst gedacht, omdat er nieuw onderzoek gaat plaatsvinden, en nieuwe voorkomens worden ontdekt, zodra de onzekerheid toeneemt en de prijzen stijgen. Dit heeft al plaats gevonden na de prijsstijging van 2008; er zijn zelfs serieuze projecten voor het winnen van fosfaat uit de oceaanbodem, in Nieuw Zeeland, Namibië en Mexico (Baja California), met in totaal een geschatte reserve van 400 miljoen ton.

De geopolitiek van fosfaat kan zijn kracht verliezen door maatregelen aan de vraagkant

De vraag naar fosfaat is niet in beton gegoten. Er zijn grote rendementsverliezen in de bestaande fosfaatketen ‘van erts tot mond’ (volgens Cordell bereikt 80% van de fosfor die wordt gewonnen voor voedselproductie nooit het bord). Veel kunstmest wordt bijvoorbeeld uitgespoeld, waardoor deze niet nuttig wordt gebruikt en ook nog eens zorgt voor algenbloei in het oppervlaktewater. Het meeste fosfaat in menselijke uitwerpselen wordt niet teruggewonnen. Volgens Prem Bindraban, hoogleraar aan Wageningen UR, kan een aantal maatregelen fosfortekorten voorkomen: doelmatiger winning (10% vermeden verlies), doelmatiger landbouw (20%), doelmatigheid in de voedselketen (10%), hergebruik van mest (15%), hergebruik van andere afvalstoffen (10%) en verandering van dieet (10%), in totaal 75% van het huidige gebruik [link]. En in noodgevallen zou hergebruik nog veel méér kunnen opleveren. Dat we de meeste menselijke uitwerpselen niet opvangen en gebruiken als meststof, komt gewoon door slechte organisatie, die voortkomt uit het idee dat we het ook wel zonder hen kunnen rooien. Op dit gebied kan de technologie snel met oplossingen komen als dat nodig mocht zijn.

De fosfaatbalans, en milieuproblemen

Als we meer in detail kijken, zien we vraagstukken die ook belangrijk kunnen worden. Ten eerste is de verdeling van fosfaatmest nu vooral een kwestie van koopkracht van de boeren. Maar de meeste gronden met zeer lage fosfaatgehaltes liggen in Afrika – deze hebben juist veel kunstmest nodig, maar veel boeren zijn er te arm om deze te kopen. Als we willen dat ook Afrika voldoende voedsel produceert, moeten we gaan nadenken over de vraag hoe dit recht getrokken kan worden. Verder, met het grootschalig vervoer van landbouwproducten overzee (vooral voor veevoer) komt ook veel fosfor mee. Fosfor wordt niet teruggestuurd, en daarom wordt de bodem in Brazilië en Thailand verarmd in fosfaat, terwijl bijvoorbeeld Nederland niet weet hoe het de stof kwijt moet raken. En er zouden nog wel eens toepassingen van fosfaat buiten de voedselketen kunnen opkomen. Tot op de dag van vandaag wordt er fosfaat gebruikt in schoonmaakmiddelen. En één soort lithium-ion batterijen die nu wordt onderzocht maakt gebruik van veel fosfaat, misschien wel 60 kilo per batterij.

Tenslotte: winning en gebruik van fosfaat hebben gevolgen voor het milieu. Bij de winning van veel ertsen komt radioactief fosfaatgips vrij, dat moet worden opgeslagen. Als alle dagbouw verstoren ook fosfaatmijnen het grondwaterpeil, en zij vervuilen het oppervlaktewater. Maar het meest problematisch zou de verontreiniging met zware metalen kunnen zijn. Deze moeten eruit worden gehaald, omdat de mensheid anders geleidelijk zijn landbouwgrond gaat vergiftigen. Dit vindt misschien nu al plaats. In de jaren ’80 ontwikkelde TNO in Nederland een proces dat fosfaaterts zuiverde van cadmiumverontreinigingen, in opdracht van de Nederlandse regering. Maar de industrie had iets anders in gedachten. Toen de Nederlandse overheid het toegelaten gehalte cadmium in kunstmest verlaagde, schakelde de Nederlandse industrie gewoon over van verontreinigd erts uit Marokko, Togo en Senegal naar schoner erts uit Florida. Kortom, de zuiveringstechnologie is nooit toegepast. Erts uit West-Afrika wordt nu gebruikt in Egypte, waar het het stroomgebied en de delta van de Nijl vervuilt. Problemen als deze kunnen alleen door internationale actie worden opgelost.

Van geopolitiek van fosfaat naar fosforzekerheid

De geopolitiek van fosfaat kan worden opgelost door internationale actie, als landen daarover overeenstemming konden bereiken. Dit zou, zoals genoemd, actie vereisen op vele niveaus: betere winnings- en zuiveringstechnieken, precisie-toediening van kunstmest, tegengaan van verliezen in de voedselketen, betere recycling van afval en mest, en een fosforarm dieet. Dit zou kunnen leiden tot wat Dana Cordell noemt ‘fosforzekerheid’. ‘Fosforzekerheid’, zo omschrijft zij het, ‘betekent dat alle boeren ter wereld op korte en lange termijn de beschikking hebben over voldoende fosfor voor oogsten die een groeiende wereldbevolking kunnen voeden, met voldoende inkomen voor de boeren en een minimale invloed op het milieu en de samenleving.’ Zouden diegenen die de geopolitiek van fosfaat willen voeren, ons de kans geven dat niveau te bereiken?

Lees ook:
The phosphate balance: Current developments and future outlook
Geopolitics and the (In)Security of EU’s Phosphate Imports
Geopolitics and governance of phosphorus
The Story of Phosphorus: 7 reasons why we need to transform phosphorus use in the global food system
Peak Phosphorus: the sequel to Peak Oil
The Story of Phosphorus: Sustainability implications of global phosphorus scarcity for food security

Van onze website:
Fosforterugwinning, een urgente zaak
Micronutriënten, klein maar essentieel
Ontwerpregels voor de groene industrie, no.2: wees zuinig met materialen

(Visited 56 times, 1 visits today)

Plaats een reactie