In Europa is de heersende mentaliteit sceptisch, op het cynische af. Veel mensen geloven niet in verbetering. Een idee van mensen met hun hoofd in de wolken. Maar verbetering vindt voortdurend plaats; en het merkwaardige is dat veel verbeteringen snel en fundamenteel zijn, maar nooit als zodanig in het nieuws komen. Een verhaal van snelle en langzame revoluties.
Snelle en langzame revoluties
De energietransitie gaat traag. Erg traag. Twintig jaar lang, ook toen de wereld had aanvaard dat de CO2-uitstoot omlaag moest, bleef deze op peil; nu is hij gedaald, maar alleen door de coronacrisis. De wereld zit op een energie-intensief spoor en komt daar maar moeilijk van af. De afschaffing van gelode benzine ging nog trager. Tientallen jaren werd zelfs maar het besef van ernstige milieuvervuiling actief tegengewerkt door de oliemaatschappijen. Tientallen jaren van volkomen gebrek aan verandering; en van voortdurende vervuiling. Toen tenslotte het besef doordrong, werkten de oliemaatschappijen alleen maar mee doordat ze toen alternatieven tot hun beschikking hadden.
Langzame revoluties kunnen ook versnellen. Binnen tien jaar na publicatie van het rapport Grenzen aan de groei van de Club van Rome waren die grenzen verdwenen, of in elk geval flink opgerekt. Voor veel schaarse materialen bleken vervangende stoffen te bestaan. Veertig jaar na het rapport bleken de wereldvoorraden nog even groot als in 1972. Het gebruik was sterk gedaald, en er waren nieuwe voorraden ontdekt. Ook de zure regen was verholpen binnen tien jaar na de paniek. Oliemaatschappijen wisten al hoe ze de verzurende zwavel moesten halen uit dieselolie. Maar ze hadden altijd gedacht dat dit geld zou kosten. Nu ze er nog eens naar moesten kijken, onder druk van de omstandigheden, ontdekten ze dat ze er juist geld mee konden verdienen. Zelfs tweemaal. Ze konden de zwavelarme dieselolie verkopen met een premie, en daarnaast ook de zeer zuivere zwavel.
Plotselinge versnelling
Revoluties versnellen door oorzaken van buiten. Als maatschappelijke verontwaardiging opkomt. Bij wetenschappelijke en technologische doorbraken. Bij voortdurende prijsdalingen. Wanneer bedrijven ineens kans zien, geld te verdienen met een nieuwe techniek. Wanneer een nieuw apparaat ineens aanslaat bij de bevolking. Zoals bij de mobiele telefoon in de jaren ’90 van de vorige eeuw. Zoals in de begindagen van de auto: mensen die het konden betalen, konden er hun moderne instelling mee aan de wereld tonen.
Hoe zal dat gaan met het coronavaccin? De druk om iets te ontwikkelen is gigantisch. Europa heeft zelfs ontheffing verleend van zijn strenge regels rond genetische modificatie (GM) om ontwikkeling van een vaccin mogelijk te maken. Probleem? Welnee. In de gezondheidszorg is GM nooit een probleem geweest. Dus als er een vaccin komt dat met GM is gemaakt, zullen de meeste mensen daar niet om malen. Veel politici zullen er zelfs blij mee zijn: aanvaarding van GM in voeding kan er een stap door dichterbij komen. De enige strategie die dat kan tegenwerken, is erover te zwijgen.
Doorbraken
Vaak zit het nieuwe product (of de nieuwe toepassing) er al lang aan zit te komen; maar er is een trigger nodig. Bijna altijd is zo’n trigger economisch van aard. Ineens ziet iemand kans er geld mee te verdienen. Lukt dat inderdaad, dan volgt de concurrentie in sneltreinvaart. Een economisch mechanisme dat nog nooit is verbeterd. De ‘groene routes’ van DSM, waarmee het bedrijf antibiotica ging produceren met biotechnologie, werden altijd gepresenteerd als verbetering van milieueffect en kwaliteit; maar ze gingen pas vliegen toen ze er ook flink mee konden verdienen. Overheden proberen langzame revoluties wel te versnellen door subsidies te verlenen. Toch komen de echte doorbraken pas als subsidies niet meer nodig zijn. Windparken op de Noordzee komen ineens in versnelling nu ze gebouwd kunnen worden zonder subsidies. Zonne-energie breekt door, juist nu deze op eigen kracht kan concurreren met fossiele brandstoffen. We gaan daar de effecten van zien: een snelle structurele verlaging van de CO2-uitstoot, binnen vijf jaar.
Revoluties die versnellen op eigen kracht. Doorbraken die je niet kunt zien aankomen door trends te extrapoleren. Zoals de titel van ons laatste boek al zegt: de oplossingen zijn er al! We moeten in de eerste plaats letten op factoren die een doorbraak teweeg kunnen brengen. Mode. Publieke opinie. Technologisch kunnen. Prijs.
Interessant? Lees dan ook:
Sprongsgewijze veranderingen, een lichtpuntje in het klimaatdebat
De ‘Groene Routes’ van DSM, een wereldprimeur in biokatalyse
Biotechnologisch geproduceerd voedsel: positionering en winstmarge