Knowable Magazine bevatte een interessant artikel van Nicola James over een spoedig verdrag tegen plasticvervuiling. Met dit verdrag zouden de grote hoeveelheden plastic worden aangepakt die in het milieu worden gedumpt. Het zou eind 2024 gesloten moeten worden. Maar sommige landen zijn ertegen, of proberen het verdrag te ontkrachten.
Plastics zijn ongelofelijk nuttig
Laten we over een ding duidelijk zijn. Plastics zijn ongelofelijk nuttig voor ons. Imogen Napper, een postdoc aan de Universiteit van Plymouth in het Verenigd Koninkrijk, zegt daarover: ‘Plastics zijn ongelofelijk nuttig en ze kunnen andere milieu- en gezondheidsproblemen oplossen. Ze kunnen ons voedsel vers houden – en voedselverspilling is een enorm probleem. Tijdens de pandemie hielpen ze, mensen veilig te houden. Ze zijn licht, dus hebben ze minder energie nodig bij vervoer. Maar laten we direct vanaf het begin bedenken hoe we plastics duurzaam kunnen houden. Daar denken we vaak niet over aan het begin, maar pas als de stof een hele tijd op de wereld is.’
Maar we deden dit nadenken niet genoeg toen we plastic begonnen te gebruiken. Daardoor hebben we ongelofelijk veel plastics gemaakt. Van 5 miljoen ton in 1950 tot 400 miljoen ton per jaar nu. Slechts 20% van deze hoeveelheid is verbrand. Het grootste deel bestaat nog, want plastics zijn biologisch vrijwel niet afbreekbaar. Volgens een artikel in Nature bestaat er nu misschien wel acht gigaton plastic op de wereld, tweemaal zoveel als alle dieren bij elkaar. Nicola Jones schrijft: ‘als de zaken op deze manier verder gaan, zal er in 2040 driemaal zoveel plastic afgevoerd worden naar de zee als in 2016.’
Neveneffecten van plasticvervuiling
Plasticvervuiling heft veel neveneffecten. Wilde dieren kunnen stikken of verward raken in grote stukken weggegooid plastic. Zoöplankton kan kleine plasticdeeltjes in zee aanzien voor voedsel en dit inslikken. Additieven, bedoeld om plastics flexibel of vuurvast te maken, kunnen uitlogen naar water, bodem of ons lichaam. Sommige van deze stoffen zullen de goede werking van biologische processen verstoren. En het is onduidelijk wat dit op de lange duur zal betekenen.
Maar nu komen er sinds twee jaar afgevaardigden bij elkaar om te onderhandelen over het eerste verdrag tegen plasticvervuiling. Dit zou getekend moeten worden eind 2024 – maar misschien halen we dat tijdstip niet. In 2023 publiceerden afgevaardigden een bijgewerkt voorverdrag van 70 pagina’s met onderwerpen ter discussie, en hoe deze aan te pakken. Met daarin: hoe plastics te maken (en de problemen daarbij), tot en met recycling en afvalverwerking.
Moeilijke vragen
Overeenstemming over zo’n verdrag is nog ver weg. Vertegenwoordigers van olierijke landen inclusief Saoedi-Arabië verzetten zich bijvoorbeeld tegen harde productiebeperkingen. Het verbranden van fossiele brandstoffen ligt steeds sterker onder kritiek, en daarom concentreert de olie-industrie zich nu op het maken van plastics. Anderzijds zijn er landen als Noorwegen en Rwanda die juist krachtige actie bepleiten.
Over de toekomst van plastics is een aantal scenario’s gemaakt, om de invloed van maatregelen te verkennen. Een model komt tot drastische conclusies. We zouden tegen 2050 bijvoorbeeld 90% van de weggooiverpakking de deur uit moeten doen, en tenminste 40% moeten recyclen. Om dat te bereiken zouden we nieuw gemaakte plastics zwaar moeten belasten en een grote recycling-industrie moeten opzetten. Sommige plastics zijn extra verdacht, zoals PVC en polystyreen. En ook additieven als ftalaten.
Harde doelstellingen?
Ook ligt de vraag ter tafel hoe ambitieus het nieuwe verdrag zou moeten zijn. Het zou specifieke en harde doelstellingen kunnen bevatten voor het uitfaseren van sommige plastics en stoffen. Of het zou misschien ruimte moeten verschaffen aan afzonderlijke landen om hun eigen doeleinden te stellen. Het zal moeilijk zijn, overeenstemming te bereiken. Vooral doordat sommige plastics zo goedkoop zijn, zelfs al hebben ze wel een grote invloed op het milieu.
Imogen Napper specialiseert zich in plasticvervuiling; ze is een van de vele onderzoekers die een fundament leggen onder het onderhandelingsproces. Knowable Magazine sprak met haar over het plasticprobleem en wat we eraan kunnen doen. Plasticvervuiling is volgens haar een van de vrij gemakkelijk op te lossen problemen. Anders dan bijvoorbeeld klimaatverandering. ‘Voor plasticvervuiling hebben we alle instrumenten in handen die we nodig hebben – we hebben mogelijke oplossingen, en daarover discussiëren we nu in het kader van het plasticverdrag. We zijn zeer gemotiveerd voor resultaat. We kunnen het bereiken.’
Vele bronnen van plasticvervuiling
Volgens Imogen is een deel van het probleem dat er zoveel bronnen zijn, zoveel open lekken en plaatsen waar plastic zich verzamelt. Verrassend genoeg heeft de helft van al het plastic afval te maken met frisdranken – bijvoorbeeld bekers en rietjes. Maar de rest is vaak moeilijker te voorkomen, zoals de minuscule plasticdeeltjes afkomstig van slijtage van autobanden op de weg. En veel plastic in het milieu is afkomstig van kleding. Ongeveer 60% van onze kleren bevat plastic; bijvoorbeeld polyester, acryl of een gemengd natuurlijke-kunstmatige stof. Deze laten allemaal plastic los in de vorm van kleine vezels als ze worden gewassen. Daardoor zijn er overal op onze planeet plasticdeeltjes, van de rioolwaterzuiveringsinstallatie tot aan de Mount Everest; en dat na minder dan een eeuw plasticgebruik.
Wat moeten we dan met afgedankt plastic doen? Volgens Imogen is storten min of meer OK, zo lang dit zorgvuldig wordt gedaan. Verbranding zou beter kunnen zijn, maar niet als de plastic in een open vuur wordt verbrand. Recycling is nog beter; maar vaak is recycled plastic van mindere kwaliteit dan maagdelijk plastic, en daardoor kan het eerste uiteindelijk toch op de stort belanden. Met andere woorden: geen echte oplossing; de onduurzame oplossing wordt er niet door voorkomen maar alleen vertraagd.
Biologisch afbreekbare plastics
Maar biologisch afbreekbare plastics zijn ook geen oplossing. De meeste biologisch afbreekbare plastics zijn alleen afbreekbaar onder bijzondere omstandigheden: in een gespecialiseerde afvalverwerking onder hoge temperatuur en vochtigheidsgraad, misschien ook wel een specifieke pH. Zelfs bioplastics zijn soms niet ideaal. Bio-polyetheen bijvoorbeeld wordt alleen gemaakt uit een andere bron, maar is chemisch hetzelfde als de stof zonder het voorvoegsel bio. Zeker niet biologisch afbreekbaar. We moeten veel preciezer worden.
Toch zijn er een paar hoopvolle ontwikkelingen. Er ontstond bijvoorbeeld veel beroering na publiciteit over microvezels in schoonheidsproducten, vooral in scrubs. Dit leidde zelfs tot een campagne ‘Beat the microbead,’ omdat mensen hun gezicht niet wilden wassen met plastic. Eerst haalde de industrie de microvezels er vrijwillig uit. Daarna verboden regeringen over de hele wereld deze toepassing van microvezels.
Moeten we plastics in de ban doen?
Uiteindelijk vroeg Knowable Magazine aan Imogen: als zij het voor het zeggen had, zou ze sommige plastics of chemicaliën verbieden? Ze zou de vraag omdraaien, antwoordde ze. De vraag stellen, wat we zouden moeten behouden. We hebben lang niet al het plastic nodig dat we maken. Laten we daarom een lijst maken van chemicaliën die we nodig hebben. Per slot van rekening, we hebben het al gezegd, zijn plastics buitengewoon nuttig. Laten we vanaf het begin van het proces nadenken over de vraag hoe we een plastic kunnen gebruiken, en hoe we die kunnen behandelen aan het eind van zijn levensduur.
Interessant? Lees dan ook:
Plasticafval: overeenkomst is pas het begin
Gebruik meer plastics, zegt Michael Carus, maar wel verantwoord
Plastic afval: laten we daar in 10 tot 15 jaar een eind aan maken