Stedelijk afval vormt een ernstige bedreiging voor de duurzaamheid van onze steden. Ons economisch model is nog altijd éénrichtingverkeer, tenminste in het aandeel privé-consumptie. Consumenten liggen niet echt wakker van wat er met hun product gebeurt na afdanken; en afvalverwerking is nog niet ver ontwikkeld. Nu heeft het Europese URBIOFIN project een stedelijke bioraffinaderij ontwikkeld, waarmee we de organische fractie van stedelijk vast afval kunnen behandelen.
Volgens de website van URBIOFIN veroorzaakt elke Europese burger momenteel gemiddeld 0,5 ton vast afval per jaar. Ongeveer 40-50% hiervan is organisch afval. Vooral bestaand uit koolhydraten, eiwitten en vetten. Deze kunnen heel goed dienen als grondstof voor waardevolle materialen. Als we deze stoffen tot waarde zouden weten te brengen in een stedelijke bioraffinaderij, zouden we niet alleen een milieuprobleem helpen oplossen, maar ook de economie van het eenrichtingsverkeer helpen opheffen.
Niet gemakkelijk
Om waarde te scheppen uit stedelijk afval gebruikten we tot nu toe vooral vergisting en compostering. Hiermee konden we wel de hoeveelheid biologisch afbreekbare stoffen verkleinen die werd gestort; maar deze technieken leverden niet erg waardevolle producten (biogas en compost). Daardoor hadden gemeentebesturen weinig reden, deze te gebruiken. Het URBIOFIN project stelde zich daarom tot doel, een economisch aantrekkelijke stedelijke bioraffinaderij te ontwikkelen; voorlopig op semi-industriële schaal (10 ton/dag). En inderdaad hebben ze een proces ontwikkeld met waardevolle producten voor markten als landbouw en cosmetica. Preciezer gezegd: basischemicaliën (bio-ethanol, vluchtige vetzuren, biogas), biopolymeren (polyhydroxyalkanoaten en biokunststoffen) en additieven (bio-etheen, ghydrolyseerde micro-algen als meststof). Volgens het laatste URBIOFIN persbericht kan de technologie nu in heel Europa worden toegepast.
Volgens Europese wetgeving moet de organische fractie van stedelijk afval met nieuwe, op groene technologie gebaseerde methoden worden behandeld. Daarom was het de missie van URBIOFIN, de technisch-economische en milieutechnische haalbaarheid te demonstreren van een stedelijke bioraffinaderij. Het uiteindelijke resultaat is best ingewikkeld (zie afbeelding). Met vele producten, zoals bio-ethanol, biogas, vluchtige vetzuren, en hoogwaardige producten als bio-etheen, bioplastics en biomeststoffen.
De stedelijke bioraffinaderij
Bij het ontwikkelen van deze technologieën waren vele bedrijven en onderzoeksinstellingen betrokken. Het project werd gecoördineerd door PERSEO Biotechnology in Valencia, Spanje. Andere betrokken organisaties waren:
Industrie: URBASER S.A., BIOMASA PENINSULAR S.A., Novozymes A/S, NATUREPLAST SAS, NATRUE AISBL, IRIS Technology Solutions S.L., Leygatech SAS, ETAM SA
Onderzoeksinstellingen: ainia, Wageningen University & Bioresearch, Centro de Investigaciones Energéticas Medioambientales y Tecnológicas, IRIAF (CLAMBER Biorefinery), Consejo Superior de Investigaciones Científicas
Universiteiten: Universiteit van Valladolid
Volgens het persbericht kan dit model van stedelijke bioraffinaderij zowel in zijn geheel, als gedeeltelijk worden toegepast. In beide gevallen leveren deze technologieën een belangrijke bijdrage aan de stedelijke afvalverwerking.
Interessant? Lees dan ook:
Verlies in de voedselketen verminderen door beter management en nieuwe technologieën
De rol van de chemie bij vermindering van plastic afval
Meervoudig gebruik van biomassa