Het gaat niet goed met insecten. Verschillende wetenschappelijke studies komen tot de conclusie dat driekwart is verdwenen in 30 jaar tijd. Vooral door landbouwmethoden, waardoor veel natuurlijke verscheidenheid, en veel bevruchters, uit de akkers zijn verdwenen.

Bevruchters
Wat kunnen we doen? Het Europese AGRI4POL project probeert de last van de schouders van de landbouw af te nemen; en de verscheidenheid terug te brengen, in bevruchters en bevruchtende diensten. Het project omvat 22 partners uit 14 landen. Het wordt gecoördineerd door IRAE (het Franse nationale onderzoeksinstituut voor landbouw, voedsel en milieu).
Het doel van AGRI4POL is om gewassen aantrekkelijker te maken voor bevruchters als wilde bijen en vlinders. Dit zou een win-win situatie betekenen voor zowel boeren als insecten. Want de achteruitgang van insecten is een ernstige zaak. Tachtig procent van de landbouwgewassen en een derde van de landbouwproductie berust op de acties van bevruchtende insecten. Maar toch, aldus Andries Temme van Universiteit Wageningen, hebben plantentelers vaak de aantrekkelijkheid van bloemen voor bevruchters over het hoofd gezien. En daardoor geven insecten vaak de voorkeur aan wilde bloemen boven land- en tuinbouwgewassen; terwijl wilde bloemen steeds schaarser worden.
Achteruitgang van insecten
Moderne landbouwtechnologie is verantwoordelijk voor een groot deel van de achteruitgang van insecten. Volgens Thijs Fijen van de Universiteit Wageningen zijn er minder natuurlijke habitats, zeker in Europa. En wat er overblijft is eenvormiger. Bovendien verdwijnen verbindingsstroken tussen deze habitats. En het teveel aan kunstmest op het land is ook een factor. En zeker ook: monoculturen, het grootschalig verbouwen van één gewas. Dat betekent voor bevruchters een eenzijdig voedselaanbod. Bevruchtende insecten zullen moeite hebben met de voorplanting, en daardoor daalt opnieuw de oogst van gewassen die afhankelijk van hen zijn.
Daarom concentreert het AGRI4POL project zich op de aantrekkelijkheid van gewassen voor bevruchtende insecten. Landbouwgewassen zouden de terugkeer van bevruchtende insecten moeten bevorderen. Het probleem is dat we vaak niet goed weten wat de aantrekkelijkheid van gewassen voor insecten bepaalt. Is het de hoeveelheid nectar, het gehalte aan eiwitten in de pollen, of alleen de kleur van de bloemen? AGR4POL wil al deze factoren onderzoeken. Waardoor bloemen aantrekkelijk blijven voor bestuivende insecten.
Focus op zonebloemen en tuinbonen
Binnen AGRI4POL kijken onderzoekers uit Wageningen, samen met hun Franse collega’s, naar zonnebloemen en tuinbonen. Ze doen proeven om te bepalen hoeveel insecten, en van welke soorten, diverse variëteiten bezoeken. Ze analyseren de beelden met kunstmatige intelligentie. Een nieuwe manier!
Daaruit willen zij bepalen wat de meest aantrekkelijke soorten zijn. Ze zaaien niet alleen maar één soort planten op een veld, maar een mengsel van variëteiten – waarmee ze de hele bloeiperiode bestrijken, wat leidt tot hogere opbrengsten. Een nieuwe stap naar betere bevruchting. En ook naar biodiversiteit – naar een systeem waarbij boeren en de natuur allebei baat hebben. Het ultieme doel van de landbouwtechnologie.
Interessant? Lees dan ook:
Neonicotinoïden en bijen: een verhitte strijd zelfs over feiten
Insecten gaan achteruit, overal ter wereld. Hoe bezorgd moeten we zijn?
Duurzame landbouw en onkruidbestrijding