De twaalfde netwerkbijeenkomst Biobased Economy in Amsterdam, gisteren, straalde weer optimisme uit. Niet in het minst door de goede berichten van die twee prijswinnende vlaggenschepen van de Amsterdamse biobased economy, Avantium en Photanol.
The sky is the limit voor Photanol
De berichten uit Photanol veranderen in snel tempo. In ons eerste bericht over dit bedrijf, twee jaar geleden, ging het nog alleen over de unieke kwaliteit van de wetenschappelijke ontdekkingen en de mooie producten die het bedrijf daarmee zou kunnen maken. Nu ging het, in de voordracht van interim-CEO Peter van Gelderen, vooral over geld en de vraag hoe snel een commerciële fabriek er zou kunnen staan. Twee jaar geleden waren er nog alleen de oprichters Klaas Hellingwerf en Joost Texeira de Mattos, nu heeft het bedrijf vijftien werknemers en een vierhoofdig bestuur.
Photanol heeft naar eigen zeggen ijzersterke patenten voor het maken van een zeer breed spectrum aan chemicaliën uit niets anders dan CO2, water en licht. De werkpaarden van het bedrijf zijn gemodificeerde cyanobacteriën. Omzettingen in deze organismen beginnen met stappen in de fotosynthese, maar buigen halverwege om naar andere producten dan suikers. Photanol werkt nu één pilotinstallatie in werking, de volgende volgt binnenkort. Volgend jaar volgt een demo zo groot als een voetbalveld (niet duur voor een demo: € 1,5 à 2 miljoen) en daarna staat alles klaar voor de stap naar commercialisering. Dit jaar gaat het bedrijf al verdienen aan de verkoop van specialiteiten, de bulkproducten komen later. Aan de inputkant kijkt het bedrijf naar samenwerking met bedrijven die veel CO2 uitstoten, zoals Tata Steel in IJmuiden. Het mes snijdt hier aan twee kanten: Tata moet betalen voor een te hoge CO2 uitstoot, voor Photanol vormt deze CO2 dus een goedkope grondstof. Photanol sloot vorig jaar een strategische overeenkomst met AkzoNobel en zal als hoogwaardige leverancier van technologie samenwerking zoeken met vele andere grote bedrijven. Voeg hier nog bij dat het proces van Photanol een veel hoger rendement heeft dan fotosynthese, en dat zijn installaties ook kunnen worden gebouwd op zee of op onvruchtbaar land – en concludeer mét ons: the sky is the limit voor Photanol, voorlopig.
Avantium zet Europa weer op de kaart
Ook Avantium was als Amsterdams bedrijf vertegenwoordigd. Ja, het is nog steeds een Amsterdams bedrijf, ook al dingen vele steden en landen naar zijn hand. De kern van het bedrijf is de ontwikkeling van industriële katalysatoren met de nadruk op furanen; maar daarnaast heeft het bedrijf het prachtige product PEF in ontwikkeling, de vervanger van PET maar dan met betere eigenschappen. Avantium pakt de ontwikkeling van dit product precies omgekeerd aan, vergeleken met Photanol: direct de massamarkt op, frisdrankflessen. ‘Het kost heel veel geld om een demo te bouwen,’ zei CTO Gert-Jan Gruter hierover, ‘dan kun je maar het beste proberen dat zo snel mogelijk terug te verdienen.’ En dus gaat het bedrijf in zee met de grootste frisdrankproducenten ter wereld, Coca-Cola en Danone. De pilot draait al drie jaar in Geleen, en al jaren onderzoekt het bedrijf waar het zijn demo wil bouwen. Daarover had Gert-Jan Gruter iets te zeggen in Amsterdam. ‘Twee jaar geleden was het bijna zeker dat wij de demo zouden bouwen in Amerika, nu is het bijna zeker dat hij er zal komen in Europa.’ Avantium wil uiterlijk eind dit jaar de beslissing nemen. Goed om te horen dat Europa weer op de kaart staat!