Wij schreven vorige week over de veelzijdige en biologisch afbreekbare plastic PHA. Het platform Agro-Papier-Chemie reageerde hierop: belichten jullie ook de valkuilen? Zie je het gevaar dat de meeste Nederlandse PHA-projecten bedoeld zijn om afval beter te verwerken, maar dat er geen vraag is in de markt naar een product met deze achtergrond? Met andere woorden: hoe wankel is de PHA businesscase?
Overheidsbeleid als motor achter de PHA businesscase
PHA’s hebben een historie achter zich met meer mislukkingen dan successen. De eigenschappen van de stof (volledig biologisch afbreekbaar), en de manier waarop hij wordt gemaakt (direct door bacteriën, niet in een chemische reactor), spreken tot de verbeelding – maar tot nu toe komt hieruit geen koopkrachtige vraag voort. De prijs ligt daarvoor te hoog. Veel initiatiefnemers van lopende (gesubsidieerde) projecten gaan ervan uit dat de overheid op een gegeven moment eisen gaat stellen aan de biologische afbreekbaarheid van plastics, en dat er dan ook meer vraag naar PHA’s gaat ontstaan. Zodat de PHA businesscase zal verbeteren.
Maar als het PHA is gemaakt door inwerking van bacteriën op afval, zal het ontstaan van marktvraag onzeker blijven. De enige succesvolle PHA-projecten van dit moment (van Newlight Technologies en Mango Materials) gebruiken methaan als grondstof. Met andere woorden: het product kan omgezet worden tot zuivere PHA specialiteiten en niet verontreinigd zijn met stoffen als zware metalen en resten van ziekteverwekkers. Die duidelijkheid is er niet bij de productie uit afval als grondstof. Zeker niet bij ongedefinieerde afvalstromen, zoals uit een rioolwaterzuiveringsinstallatie. Hoewel PHA goede eigenschappen heeft voor voedselverpakking, is het heel goed mogelijk dat zulke PHA’s hiervoor wettelijk niet toegestaan zullen worden – en als zij wel worden toegestaan, zouden producenten of consumenten alsnog dwars kunnen gaan liggen. Voor biologisch afbreekbaar landbouwplastic in de land- en tuinbouw zouden de eisen lager kunnen liggen – maar dat moet de praktijk nog uitwijzen.
Circulair denken
Heel anders zou PHA businesscase ineens kunnen uitpakken uit goed gedefinieerde reststromen, vooral als de PHA-productie ter hand wordt genomen door het bedrijf dat de reststroom maakt. Het chocoladeverwerkende bedrijf of de papierfabriek, die precies weten wat er in hun afvalwater zit, zouden hieruit PHA kunnen maken, en dit weer als verpakkingsmateriaal of coating kunnen gebruiken. Wettelijk gesproken zou er in deze gevallen niet eens sprake zijn van afval – heel belangrijk, want zodra iets afval is, gelden er strenge regels ter bescherming van de volksgezondheid. Nog beter zou het zijn als de industrie bij de opzet van het productieproces direct rekening houdt met de kwaliteit van het afval en de mate waarin dat verwerkt kan worden. Zodra de voedingsindustrie bijvoorbeeld zijn eiwitten loost, verliezen ze alle waarde, terwijl ze binnen de fabriek nog altijd een zekere waarde hebben. Het is daarom zaak, grondstoffen zo vroeg mogelijk in de productieketen terug te winnen. Dat is circulaire economie! Niet wachten tot het in een ongecontroleerde afvalstatus belandt. Bovendien zijn PHA specialiteiten met hogere waarde niet te maken onzuivere stromen van wisselende samenstelling. En eventuele technologische oplossingen hiervoor zullen de kosten nog verder verhogen.
De PHA businesscase is met andere woorden niet alleen afhankelijk van de kwaliteit van het proces en het product, maar ook van de kwaliteit van de grondstof en de kosten van het proces. Ondernemers die PHA’s op de markt willen brengen doen er misschien goed aan, zich nog eens af te vragen: waarom zouden afnemers mijn product willen kopen? En is de PHA die ik maak wel gunstiger dan de alternatieven?